00:00
:
Track begint met een diepe, resonerende basdreun en langzaam evoluerende pads, die onmiddellijk een immense en desolate sfeer creëren.
00:15
:
Subtiele hoogfrequente texturen komen tevoorschijn, die complexiteit toevoegen en een licht glinsterende kwaliteit over de diepe dreun leggen.
00:34
:
Introductie van een subtiele harmonische verschuiving of licht dissonante laag, waardoor het gevoel van onbehagen en mysterie wordt versterkt.
00:49
:
Textuur wordt iets dikker, met meer lagen in het evoluerende klankbeeld.
01:18
:
Een subtiele zwelling in volume/intensiteit en introductie van iets meer gedefinieerde tonale elementen, waardoor een focuspunt ontstaat.
01:44
:
Het kerndreungeluid verschuift subtiel in karakter of filtering, waardoor de interesse behouden blijft.
01:53
:
Hogere frequentie elementen beginnen zich terug te trekken, waardoor de textuur wordt vereenvoudigd en de focus terugkeert naar de diepe, kerndreun richting de fade-out.